Языки :: Голландский - Нидерландский
76
 
 

214 Nederlands Néerlandais
  ZESENZEVENTIGSTE (76ste) LES. Leçon 76
  Over de landbouw A propos de l'agriculture
     
1 De Europese landbouw vertoont een zeer uiteenlopend beeld, niet alleen, wat de cultures betreft maar ook ten aanzien van (1) de omvang (2) van de ondernemingen en het inkomen van de landbouwers. L'agriculture européenne montre une image très variée (divergente, disparate), non seulement en ce qui concerne les cultures mais aussi par rapport à l'étendue (volume) des entreprises et aux revenus des agriculteurs.
2 Tussen de gemiddelde Britse onderneming (57 hectare) en de gemiddelde Italiaanse onderneming (7,4 hectare) kan men een verschil vaststellen van 7:1. Entre l'entreprise anglaise moyenne (57 hectares) et l'entreprise italienne moyenne (7,4 hectares) on peut constater une différence de 7 à 1.
3 Tussen deze twee uitersten vindt men Frankrijk, Luxemburg en Denemarken (gemiddeld 21 hectare), Nederland en België (19 hectare), Ierland (17 hectare) en Duitsland (12 hectare). Entre ces deux extrêmes, on trouve la France, le Luxembourg et le Danemark (en moyenne 21 hectares), les Pays-Bas et la Belgique (19 hectares), l'Irlande (17 hectares) et l'Allemagne (12 hectares).
4 Zulke verschillen bestaan er ook in het inkomen (3) van de landbouwers. Il existe aussi semblables différences dans les revenus des agriculteurs.
5 Het verschil tussen het inkomen van de boeren en het inkomen in andere beroepsgroepen is de laatste jaren groter geworden. La différence entre les revenus des fermiers et les revenus des autres groupes professionnels s'est accru (est devenu plus grand) ces (les) dernières années.
6 In de periode 1964-1970 is de toename (4) van het arbeidsinkomen in de landbouw minder snel geweest dan in andere sectoren. Dans la période 1964-1970, l'augmentation des revenus des ouvriers dans l'agriculture a été moins rapide que dans les autres secteurs.
7 Alleen in Groot-Brittannië en Italië was het andersom. Seulement en Grande-Bretagne et en Italie il en a été (était) autrement.
8 Binnen de landbouw zelf zijn de verschillen nog steeds zeer opvallend (5) : er is een duidelijk voordeel van graan- en bietentelers ten opzichte van veefokkers. A l'intérieur de l'agriculture elle-même les différences sont encore toujours très marquées: il y a un avantage évident pour les (des) producteurs de blé et de betteraves par rapport aux éleveurs.
9 Tussen de verschillende landen blijven de inkomensverschillen ook zeer groot. Entre les différents pays les différences de revenus restent aussi très grandes.
10 De Nederlandse landbouwers en vervolgens de Belgen en de Britten zijn het "rijkst"; daarna volgen de Denen, de Fransen, de Duitsers, de Italianen, de Luxemburgers en de leren (6). Les agriculteurs hollandais et ensuite les Belges et les Anglais sont les "plus riches"; après suivent les Danois, les Français, les Allemands, les Italiens, les Luxembourgeois et les Irlandais.
11 Het inkomen van de gemiddelde landbouwer in Nederland is bijna driemaal zo hoog als in Ierland. Les rêve nus de l'agriculteur moyen, aux Pays-Bas, sont trois fois plus élevés qu'en Irlande.
12 Ook bestaan er gewestelijke inkomensverschillen. Il existe aussi des différences régionales de revenus.
13 Buiten de landbouw zijn die regionale verschillen de laatste tijd iets verkleind of gelijk gebleven, maar in de landbouw zijn ze groter geworden. En dehors de l'agriculture, ces différences régionales ont diminué ou sont restées les mêmes ces derniers temps, mais dans l'agriculture elles sont devenues plus grandes.
14 De Europese landbouw is lang gekenmerkt door een grote achterstand : zorglijke levensomstandigheden voor honderdduizenden landbouwers, moeilijke uittocht (7) uit de landbouw, onzekerheid voor de meeste bedrijfshoofden. L'agriculture européenne est (depuis) longtemps caractérisée par un important (gros) retard : conditions de vie inquiétantes pour des centaines de milliers d'agriculteurs, abandon (sortie) difficile de l'agriculture, incertitude pour la plupart des chefs d'entreprises,
15 Om het leven van de boeren te verbeteren is het toepassen van een moderniseringsbeleid onontbeerlijk. Pour améliorer la vie des paysans, l'application d'une politique de modernisation est indispensable.
16 Maar dergelijke grondige structurele hervormingen zijn steeds moeilijk : we mogen (N 6) niet uit het oog verliezen dat de boeren zeer individualistisch zijn. Mais de telles réformes fondamentales de structures (structurelles) sont toujours difficiles : nous ne devons pas perdre de vue que les fermiers sont (des) individualistes.
  (uit "Landbouw in Europa"
Voorlichtingdienst van de Europese Gemeenschappen, Brussel)
 

  OEFENING EXERCICE
  Over televisie. (A propos de) la télévision.
1 Wie geen televisietoestel bezit, voelt zich vernederd, klein, beperkt. Celui qui ne possède pas d'appareil de télévision se sent humilié, petit, limité.
2 Wie er een staan heeft in het mooiste hoekje van de salon kijkt er nauwelijks naar. Celui qui en a un (être debout) dans le plus joli petit coin du salon, le regarde à peine.
3 Het is met het kleine scherm zoals met alles : men zit er eerst hele avonden naar te kijken. Il en est (Il est avec le) du petit écran comme de toute chose : au début (d'abord) on reste (est assis) des soirées entières à le regarder.
4 Geen bokswedstrijd, geen wedloopreportage laat men voorbijgaan. On ne laisse passer aucun match de boxe, aucun reportage de course.
5 Alle discussies door bekende en minder bekende personen worden beluisterd en bekeken. On écoute et on regarde toutes les discussions entre (par) des personnages connus et moins connus (Toutes les discussions ... sont écoutées et regardées).
6 Meestal zetten de sprekers en redenaars een doodgewoon gezicht op, precies of ze zelf niet goed weten wat ze voor de camera zijn komen doen. Généralement les interlocuteurs (parleurs) et les orateurs prennent un air tout naturel (mettent une figure habituelle) exactement comme s'ils ne savaient (savent) pas bien eux-mêmes ce qu'ils sont venus (venir) faire devant cette caméra.
7 Keukenpieten, ministers, modepopjes, artsen, professoren, clowns volgen elkaar op. Des cuistots, des ministres, des élégantes, des médecins, des professeurs, des clowns se succèdent.
8 Men krijgt er een hele wereld te zien. On y voit (reçoit à voir) tout un monde.
9 Is het programma voorde jeugd niet aan te raden, toch blijven de kleuters en bengels halsstarrig de kleine cinema aanstaren. Même si le programme n'est pas à conseiller pour la jeunesse, les bambins et les gamins restent cependant à regarder obstinément le petit cinéma.
10 Kinderen en oudjes willen waar voor hun geld hebben : hun weerstandsvermogen gaat alles te boven. Les enfants et tes vieillards en veulent (de la marchandise) avoir pour leur argent : leur endurance (force de résistance) dépasse tout Iva au-delà de tout).
11 Soms zegt vader : "Het was vandaag een harde dag op kantoor ! Zet de televisie maar af, moeder, we gaan naar de schouwburg wat anders zien". Parfois, papa dit , "Ce fut aujourd'hui une dure journée au bureau ! Arrête donc la télévision, maman, nous allons au théâtre voir autre chose."
12 U mag er zeker van zijn dat de kinderen de hele avond aan het pruilen zullen gaan. Vous pouvez être certains que les enfants vont (se mettront è) bouder toute la soirée.
     
  Op kantoor Au bureau
  Directeur : U bent weer eens veel te laat, meneer Janssens.
Janssens : Het spijt me, meneer, ik heb wat te lang geslapen.
Directeur : Wat ! Slaapt u thuis ook nog ?
Le directeur : Vous êtes une fois encore beaucoup en retard, monsieur Janssens.
Janssens : Je regrette, monsieur, j'ai dormi un peu trop tard.
Le directeur : Quoi ! Vous dormez aussi (encore) à la maison ?

NOTES
(1) On rencontrera très souvent, surtout dans les journaux, la forme abrégée t.a.v.
(2) Die boom heeft een grote omvang (= omtrek). Cet arbre a une grande circonférence.
Ze beseffen hun verlies in zijn voile omvang nog niet. Ils ne réalisent pas encore toute l'étendue de leur perte.
Een omvangrijke studie. Une étude importante, volumineuse.
(3) Un des quelques mots néerlandais qui s'emploient toujours au singulier.
Rappelez-vous : het nieuws (les nouvelles), de schade (les dégâts).
(4) Een toename van het verbruik : une augmentation de la consommation
De pijn / de koorts is toegenomen. La douleur / la température a augmenté.
De bevolking neemt jaarlijks toe. La population augmente annuellement.
De belangstelling van de aanwezigen nam af. L'intérêt des présents diminuait.
De boterhandei op Frankrijk neemt af. Le commerce de beurre avec la France diminue.
(5) Ze was opvallend bleek. Elle était étonnamment pâle.
Hij kleedt zich opvallend. Il s'habille de manière voyante.
(6) Notez dans cette leçon les nombreux noms d'habitants da pays et les adjectifs qui en sont dérivés.
C'est une matière très importante.

(7) Het was een hele uittocht. C'était tout un exode.